1.Ben je van jongs af aan besmet met het autoracevirus?
Ik ben vrij laat begonnen met racen. Jongens als Max Verstappen zaten al in een raceauto toen ik begon met karten. Wel keek ik altijd formule 1 wedstrijden op televisie met mijn vader, maar voetbal was mijn sport.
2.Hoe is het racevirus dan toegeslagen?
Op mijn zestiende werd het plezier in het voetbal minder, en ging ik eens karten. Meteen was ik heel snel, op de kartbaan zeiden ze dat ik er verder in moest gaan. Eigenlijk was ik direct verkocht. Vier jaar ben ik blijven karten en heb het tot Nederlands kampioen geschopt.
3.Wauw. Hoe ben je vervolgens in de autosport beland?
Ik kwam Frans Voros tegen, hij coacht jongens in de autosport. Hij vroeg me of ik in de autorace mee wilde rijden. Dat was mijn droom! Ik reed trackdays met Frans naast me en ook dat bleek goed te gaan. Ik besloot hierin verder te gaan. Frans helpt me bij het analyseren van races en trainingen, hij is inmiddels een goede vriend geworden.
4. Moest je hiervoor nog trainingen volgen?
Ja, ik had nog wat tijd in te halen op andere coureurs. De meesten zijn op veel jongere leeftijd begonnen met racen. Verschillende dingen deed ik om mijn rijvaardigheid te verbeteren, zoals een cursus driften, circuittraining en rallyrijden. Om een baan te leren kennen oefen ik soms in een simulator. Trainen in de auto doe ik verder niet. In het begin van het raceseizoen testen we mijn auto, een Chevrolet Camaro GT4, op speciale testdagen, die informatie kunnen we het hele seizoen gebruiken.
5.Is het voor de racesport nodig om fysiek fit te blijven?
Zeker, ik kan het me niet veroorloven door een slechte fysieke conditie minder goed te presteren in een race. Bij de Nederlandse Autosportbond heb ik een programma gevolgd om te leren welke training zinvol is voor een coureur. Door zo vaak mogelijk te hardlopen, wielrennen en het trainen in de sportschool lukt het me fit te blijven.
6.Racen, trainen én nog een studie volgen, hoe dan?
Ik studeer inderdaad technische bedrijfskunde, op HBO Eindhoven. Op dit moment ben ik bezig met afstuderen. Creatief kunnen plannen is wel handig hierbij. Ik race op zo’n hoog niveau dat de autosportbond me een topsportstatus heeft gegeven. Dit houdt in dat ik vrijstelling kan krijgen bij tentamens bijvoorbeeld.
7.Ja, want je gaat als een speer toch?!
Stapsgewijs komt er telkens een droom uit. Eerst een snelle karter en Nederlands kampioen te worden. In 2018 maakte ik mijn debuut in de autosport. In 2019 werd ik tweede in de Supercar Challenge. Er kwam weer een droom uit in 2020 met deelname aan de GT4 Eurpean Series! Ik rijd nu in een Schiedams team; V8Racing. Soms kan ik me niet voorstellen dat ik dit allemaal meemaak, bizar!
8.Wat maakt dat je zo goed bent in de autosport?
Ik leer snel en ben ontzettend leergierig, dat is in mijn voordeel. Als iemand tegen me zegt wat ik anders moet doen om beter te worden, kan ik dat direct uitvoeren.
9.Zien we nog meerdere dromen van jou uitkomen?
Ik droom ervan professional autocoureur te worden, hier wil ik vol voor gaan met de juiste partners. Maar vooral probeer ik te genieten van alles wat er nu gebeurt.
10.Wat is er behalve een goede coureur zijn hiervoor nodig?
De racewereld gaat gepaard met veel geld. Ik ben afhankelijk van sponsoren. Mijn vaste partners en sponsoren, daar ben ik ontzettend blij mee. Maar ik blijf netwerken en probeer me elke race op de kaart te zetten. Ik ga er vol voor.
11. Ben je een trotse jongen?
Ik ben trots op de hele snelle leercurve die ik maak, kan winnen van mensen die al vijftien jaar meerijden. Ik ben gewoon een normale jongen met een droom die ik naast mijn studie waar probeer te maken.